De late nachtvorst tijdens de eerste helft van april heeft dit jaar het fenomeen van hartloosheid of klemhart, dat meestal sporadisch optreedt versterkt. De indruk bestaat dat er dit jaar zowel bij de professionele teler als bij de liefhebber meer hartloze bloemkoolplanten waren dan gewoonlijk. Met name bij de vroege teelten, dat wil zeggen geplant in maart of april.
Het fenomeen is bij de aankoop of het verspenen van de plantjes niet altijd op te merken. Pas enkele weken na het uitplanten als er enkele grote bladeren gevormd zijn merk je dat er geen hartblaadjes meer bijkomen. Het laatst gevormde blad is dikwijls lepelvormig of misvormd. Het hart van de plant is vervormd en groeit niet meer verder. Zulke planten kunnen dus geen bloemkolen meer vormen. Erg vervelend als je een setje van zes vroege bloemkoolplanten in het tuincentrum gekocht hebt, en er daarvan twee geen bloemkool kunnen voortbrengen.
Bij de beroepstelers werd het dit jaar met name waargenomen bij bloemkoolplanten die tussen 25 februari en 8 maart gezaaid zijn. Waarschijnlijk te wijten aan het het koude en donkere weer dit voorjaar in maart en april en de lage temperaturen aan de bodem (vorst) (bron : S&G)
Over het algemeen zijn vroege bloemkoolteelten gevoelig, zeker de weeuwenteelt, de januarizaai en de vrijsterteelt (zaai februari). (zie teeltschema bloemkool)
Oorzaken van deze planten met klemhart of hartloosheid zijn :
Koude tijdens opkweek en het begin van de teelt, dit zou kunnen gebeuren tijdens de plantenopkweek, maar het is ook mogelijk dat dit gebeurt tijdens de periode dat nog jonge bloemkoolplantjes, soms onbeschut, in het tuincentrum of in open lucht bij de teler staan. Een temperatuur van 8°C of meer na het uitkomen van de eerste hartblaadjes biedt grotere zekerheid om geen klemhart te doen ontstaan.
Groeistoornis : ook andere groeistoornissen dan koude (bv groeistop door droogte) kunnen eventueel aan de oorsprong liggen.
Molybdeengebrek wordt al lang als één van de oorzaken erkend. Vooral in grond met een iets lagere pH is de opneembaarheid van molybdeen soms moeilijker. Soms wordt klemhart dan ook zure ziekte genoemd. Om koolgewassen te telen is het daarom beter voldoende te bekalken. Ook al om knolvoet te voorkomen. Veel liefhebbers mengen zelfs een soeplepel zeewierkalk in het plantgat bij het poten van koolgewassen.
De plantenkweker gebruikt potgrond waaraan molybdeen toegevoegd is. Molybdeengebrek bij vroege bloemkoolteelten kan dan ook voorkomen worden door ammoniumolybdaat te gebruiken.
Een tip voor gevorderden. Dit zou u kunnen overwegen als u jaarlijks vrij veel hartloze planten heeft: 5 g ammoniummolybdaat toevoegen aan 100 liter potgrond. Eventueel na het uitplanten bespuiten met een oplossing van 0,05 % ammoniummolydaat. Dit is dus heel weinig! Molybdeen is dan ook een sporenelement, dat wil zeggen een voedingselement waarvan de plant er heel weinig nodig heeft.
Hartloosheid
Klemhart en misvorming van de hartbladeren.
Hartloosheid bij vrij jonge plant.
Laat een antwoord achter aan jos Bottelbergs Reactie annuleren